Vertrouwen is de katalysator van succesvolle samenwerking en organisaties!
Eerst doen, dan denken: dat ben ik ten voeten uit. Niet geheel een verrassing voor mijzelf dat ik in 1994 een bedrijf ben gestart voor de slechtst betalende klanten die er maar zijn: de MKB’er met een problematische schuldsituatie. Ik zag een groep hardwerkende mensen waarvoor elk loketje in Nederland dichtging. Dit, terwijl iedereen voor je klaar staat als je een bedrijf wilt starten, wilt groeien en zelfs als je succesvol bent. Maar bij financiële tegenwind, moet je je schamen, in een hoekje kruipen en word je door de 20-jarige aansprakelijkheid voor je schulden uitgerangeerd door de BV Nederland. Onrechtvaardig en dat moest anders, vond ik in 1994 en vind ik nu nog steeds! Dus reden genoeg om deze mensen te gaan helpen en aldus startte ik destijds mijn bedrijf.
En dan begin je als ZZP’er in je uppie mensen te helpen en start je je eigen mini-organisatie met als doel alle MKB-ondernemers met problematische schulden in Nederland te gaan helpen. Een uitdaging qua financiën, maar ondernemers hadden geloof en vertrouwen in mij en de eerste twee jaar kon ik voor zo’n 70 ondernemers een schuldregeling treffen. Zij weer een betere toekomst, en ik ook.
Vervolgens heb ik mijzelf laten ontdekken door de gemeente Amsterdam, waardoor ik er jaarlijks zo’n zelfde aantal doorverwijzingen bij kreeg. Dat betekende de komst van mijn eerste personeelslid en al snel een tweede, derde, vierde en vijfde. De taken werden in goed overleg en vertrouwen verdeeld en de organisatie was platter dan plat, met mij als meewerkend voorvrouw. Heerlijk om aan het einde van de week met z’n allen de week af te sluiten met een gezellige borrel en een echt teamgevoel te ervaren. De groei zette door, behalve in liquiditeit … Op zo’n moment ben je even heel eenzaam als ondernemer. Je medewerkers zien ook dat het spaak begint te lopen en kijken naar jou voor de oplossing. Jij bent immers degene die dit alles is begonnen, die de oorzaak en de leidinggevende is. Als je dat de eerste keer ervaart, breekt het zweet je uit. Maar door terug te gaan naar mijn basis – waartoe besta ik als ondernemer op aarde? – kwam ook de oplossing boven drijven. Het is immers onrechtvaardig dat de BV Nederland wel klaar staat voor de particulier met financiële problemen, maar niet voor de ondernemende burger. Tsja, en help je die niet, dan wordt die vanzelf een particulier met problematische schulden. Ook hier gaat de kost voor de baat uit, dus stapte ik eind jaren negentig naar de gemeente Amsterdam om een bijdrage te vragen voor ons honorarium. Vooraf hadden we teamoverleg. Ik wilde iedereen erop voorbereiden dat de uitkomst van dit gesprek erop of eronder zou zijn voor de onderneming Zuidweg. Toch tot mijn verbazing stemde de gemeente onmiddellijk in. Het delen van je probleem brengt je echt halverwege de oplossing!
Daarna ging het dak eraf en volgden nog zo’n 180 gemeenten die bij ons schuldhulpverlening gingen inkopen. We groeiden door naar vijf kantoren en 115 medewerkers in 2011, en hielpen jaarlijks 2000 ondernemers. Dan zal je je toch echt superhappy voelen als ondernemer. Nou, niet dus! Ik kon mijn vinger er destijds niet opleggen, maar ik verlangde vaak terug naar vroeger. Met z’n allen samen dingen ontdekken, samen knokken, samen zweten. Het leek allemaal zo makkelijk te gaan en aan de andere kant zo akelig overgeorganiseerd. Ik werd manager van de managers en schrok pas echt na de instelling van een heuse ondernemingsraad. Optimist die ik ben, had ik de illusie om ook met de ondernemingsraad een samengevoel te creëren. Ik werd al snel wakker geschud uit mijn droom. Het ene na het andere artikel uit de Wet op de ondernemingsraden werd mij om de oren geslingerd. Ook al ben ik jurist, dit voelde alles behalve goed. Was dat mijn bedrijf? Het leek wel getransformeerd tot de nieuwe FNV: wij hebben er recht op! Ok, ok, ik kan ook goed overdrijven, maar om als ondernemer die vanuit het hart is gestart, zo geconfronteerd te worden met een niet-organisch ontstaan element binnen je eigen onderneming is alles behalve prettig.
En toen kwam ook de crisis langs bij mijn bedrijf. Gemeentelijk budgetten werden gekort en één grote gemeente die destijds goed was voor 15 procent van onze omzet, had geen geld meer voor onze dienstverlening. Een schok ging door het bedrijf. Het geweldige Zuidweg waar je altijd salarisverhoging kreeg, altijd een eindejaarsprovisie en je altijd op tijd naar huis kon gaan, was ineens geen winnend bedrijf meer, maar een verliezer. Alle ogen richtten zich weer op mij. Geleerd hebbende van de vorige keer, ging ik terug naar mijn basis: waartoe besta ik als ondernemer op aarde? O ja! De telefoniste sprak mij in die tijd eens aan, hoe het toch kon dat ik ondanks de slechte tijden met een glimlach door het bedrijf liep. Ik antwoordde dat ik een plan had. O, zei ze, onmiddellijk gerustgesteld, dan snap ik het. Meer woorden werden er niet gewisseld. Het vertrouwen was er, het was goed. Daar had ik bij de ondernemingsraad meer woorden, tijd, energie en geld voor nodig, maar ook daar werd mijn reorganisatieplan uiteindelijk geaccepteerd.
Na nog een reorganisatie in 2013 ging het roer om naar oude tijden. We zijn inmiddels weer een platte organisatie en de factor leuk begint weer terug te komen. Zelfs de ondernemingsraad lijkt te gaan passen in de nieuwe mindset. Drie keer raden wat die is: hoe kan het leuker, hoe kan het beter! En dat er meerdere wegen naar Rome leiden, weet elke ondernemer. Voor mij is dat mijn nieuwe initiatief Stichting MKB Doorstart.nl, een publiek-private samenwerking waardoor de ondernemer in (dreigend) zwaar weer eerder geholpen kan worden en alle mogelijkheden voor hem worden ontsloten. Géén kastje-naar-de-muur-loket. Ook hier geen persoonlijk businessplan, maar uit het hart gestart. Het voelt goed: eerst doen, dan denken; en hoe kan het leuker, hoe kan het beter voor alle betrokkenen!
Dit artikel van Jacqueline Zuidweg is als bijdrage opgenomen in het boek Anders werken, zoals hier te bestellen >